Het verhaal van Rebecca
Rebecca was verre familie van Abraham. Die zocht een vrouw uit zijn eigen vaderland voor zijn zoon Isaac, dus stuurde hij een vertrouweling erop af. De man raakte uiterst gecharmeerd van het hartelijke, flinke meisje dat hij trof bij een waterput, waar zij schijnbaar zonder moeite met zware kruiken in de weer was.
Zonder aarzelen ging zij mee, om te trouwen in een ver land, met een onbekende man, die ook nog eens veel ouder was.
Het bleek een goed besluit, want het werd een lang en zeer gelukkig huwelijk, zij het met de nodige slimmigheidjes en manipulaties van Rebecca. En een loodzware zwangerschap waarin zij zich in pijn en wanhoop afvroeg waarom zij niet dood was. God antwoordde haar - rechtstreeks, wat hoogst ongebruikelijk was - dat zij twee volkeren in haar schoot droeg, en dat de oudste de jongste zou dienen.
Vandaar dat zij later Jacob op ongegeneerde wijze voortrok en allerlei listen bedacht om hem het eerstgeborene-recht te laten verkrijgen. Dat is gelukt, met behulp van een geitenvel wat zij om Jacob's pols bond, opdat zijn blinde vader hem aan zou zien voor zijn zwaar behaarde broer, de eerstgeborene.
De prijs die zij ervoor moest betalen was hoog: haar beide zoons verdwenen voorgoed uit haar leven - de een, Esau, was zo gekwetst dat hij niets meer met het gezin te maken wou hebben; de ander, Jacob, moest vluchten voor de woede van zijn broer.